woensdag 13 mei 2020

Ouderwets


Achterin mijn weidvogelland ligt een kampje zo groot als een half voetbalveld dat vol staat met bloemen, zie foto. Overal Boterbloemen, Zuring, Waterzuring, eerder bloeiden daar Pinksterbloemen, Paardebloemen, Madeliefjes, Paarse Dovenetel en in de walkanten veel Hondsdraf en Glidkruid. Het gaat aardig richting  Blauwgrasland. Een plantengemeenschap dat veel voorkwam in de buurt van veenweiden. Blauwgrasland werd gekleurd door de vele Zegge-soorten.
Dit is een weiland uit mijn jeugd. Ik groeide op in de Friese Greidhoek en deed dagelijks mee met agrarische activiteiten: mee met de boer die ging melken, mee met de hooioogst ,we mochten bovenop een naar huiskerende volgeladen hooiwagen zitten. Maar bij een dam moesten we eraf. Zo'n volgeladen hooiwagen was topzwaar en was dan gevaarlijk. Ik vind hooi altijd nog lekker ruiken. Bestaat die geur nog? Inkuilen in grote zwarte rollen is nu de boodschap. Overigens vind ik kuilgras ook lekker ruiken.
Het is duidelijk dat hier een andere bemesting plaatsvindt als op de meeste weilanden. Dat dit stukje later wordt gemaaid. Goed voor jonge vogels die beschutting zoeken.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten