vrijdag 28 juni 2019

Toch invasie Distelvlinders.


Vorige week vrijdag vermoedde ik een aanstaande influx ( invasie ) van Distelvlinders. Je kon je kont niet keren in het weiland of je zag een Distelvlinder en dat bleef de hele week zo. Erg gebleekt ( bekijk maar eens de vlinder in het logje van vorige week vrijdag) en gehavend. Wat wil je, helemaal uit Zuid-Europa hier naar toe gevlogen. Deze vlinders gaan eitjes leggen, of hebben pas gelegd en de volgende generatie zal over enige tijd, in de loop van augustus,  rondvliegen. vers en mooi, zie archieffoto.

Onze Vlinderstruik.

Hij bloeit!! De laatste dagen zijn alle bloemen gaan bloeien. Maar.....waar zijn de vlinders? Het resultaat van vandaag is een afgevlogen Atalanta, is ook een trekvlinder, en een afgevlogen Distelvlinder. Verder zitten er wat Koolwitjes in de tuin,  maar die laten de Vlinderstruik met rust.
Onder de parasol zat een Graswortelvlinder (zie foto onder) , met dank aan Obsidentify, de determinatie-computer van waarneming.nl, Zelf had ik die vlinder nooit in het vlinderboek gevonden. Ook nog twee Buxusmotten, op zich prachtige vlinders, maar een ramp voor de Buxus. Wij hebben er maar twee, maar we houden ze in de gaten.



Goed weekeinde.


donderdag 27 juni 2019

Natuurvriendelijke oever.

Natuurvriendelijke oevers heb je in soorten: hier een afgeschoven oever met een beschoeiing. Een geweldige plantengroei is er na een paar jaar al ontstaan. Foeragerende vogels hebben liever een wat meer open oever, zoals bij een perceel verderop. Hier de oever aan de ene kant van het oude plasdras. Ik bedenk me nu dat de beschoeiing waarschijnlijk en onoverkomelijke ( letterlijk) barriere is voor nog niet vliegvlugge jonge vogels. Misschien hier en daar een plankje waar tegen ze omhoog kunnen kruipen?
Overigens heeft Gijs, bij het maaien een paar dagen terug, geen enkele alarmerende vogel meer gehoord en gezien. De vlaggen hebben dus toch weer geholpen. Geeft een goed gevoel.
In de verte "Kamperen ij de boer".

woensdag 26 juni 2019

De visite van een Witte Waterlelie.


Het blijven beauty's, deze Witte Waterlelie's. Ik heb de indruk dat hun aantal tenminste in polder Demmerik weer wat toeneemt. In hoeverre de achteruitgang de laatste jaren op het conto geschreven kon worden van de Amerikaanse Rivierkreeftjes, die de sloten leegplunderen, weet ik niet, feit is dat ik die indruk heb. Daarbij viel  het aantal Gele Plompen  tegen. Oorzaak??
Minstens zo interessant is het aantal zwart gekleurde vliegjes in de bloem. Meerdere bloemen hadden deze vliegjes binnen in bij de meeldraden en stampers. Veel vliegende insecten bezoeken bloemen om nectar te drinken maar vaker gaat het om het stuifmeel. Schijnt meer voedingswaarde te hebben als nectar. Ik heb de foto vergroot en naar de determinatie-computer Obsidentify van waarneming.nl gestuurd en die kwam met een halmvlieg (grasvlieg) Thaumatomyia spec. Vliegjes die bij duizenden boven de wegen of sloten een plaag kunnen vormen. Ze lusten dus vooral het stuifmeel. Hun bezoek  zal ook ongetwijfeld een rol spelen bij de bestuiving. Ik kreeg geen duidelijkheid uit  de literatuur. Alleen de "good old" natuurcolumnist Henk van Halm, publicerend in Trouw, heeft in 2001 een keer over dit verschijnsel geschreven.



dinsdag 25 juni 2019

Groter.

Onze Toorts groeit maar door. Ik heb m'n kleinkinderen er even naast gezet , hij meet nu 1.66 meter. En dat vanuit een kiertje tussen de muur en een tegel.
Ben benieuwd of de tegel nog iets opgelicht is. Wortels en stengels hebben niet vermoede krachten op muren en wegdek.

Kikkers.

Gistermiddag een ijslijk gegil van mijn vrouw: ze was Vlijtige Liesjes in een pot water aan het geven toen vanuit het groen een Kikker in de gieter sprong. Grote schrik. Hoe komt een Kikker zo hoog? We merken dat wel vaker. Ik schudde vorige week een Kikker uit de Klimop. Hij  zat een meter hoog, maar  zal er wel naar toe gekropen zijn. Die in de Vlijtige Liesjes is gesprongen.
Onder de waterschaal voor de vogels zit een salamander. Donker, vochtig en niet al te warm.

maandag 24 juni 2019

Vlasleeuwenbek


Een vrolijk plaatje vanochtend in het Galgenland: Vlasleeuwenbek met een Koekoeksbloem en wat grassen. Je komt 'm niet zoveel meer tegen deze leeuwenbek. Een plant uit de Weegbree-familie (een weegbree-bloem ziet er toch heel anders uit?)  Maar ik ben geen florist.
Zandgrond, ruigten, wegbermen en puinhopen zijn uitstekende groeiplaatsen. Per plant worden wel 30.000 zaden gevormd. Vroeger bekend als laxeermiddel, uirine-afdrijvend en middel tegen zomersproeten ( ook al een ziekte?) en geelzucht.
Door de lange spore, bloemdeel waar nectar wordt gevormd, kunnen alleen hommels met een lange tong de nectar bereiken.
De naam komt door de jonge plantjes die erg op een vlasplantje zouden lijken. Waar wordt nog vlas verbouwd?
Vogelwaarnemingen: twee Visdiefjes, een Zwarte Stern, 15 Kokmeeuwen, een Kleine Mantelmeeuw,
een Purperreiger, een Blauwe reiger, 4 Lepelaars, een Kleine Plevier met jongen, het nest van een Kleine Plevier met drie eieren had er nu vier,  de Scholeksters broedden nog, twee Tureluren, twee Witgatjes, twee Groenpootruiters.

vrijdag 21 juni 2019

Influx Distelvlinder?


Gister kreeg ik een berichtje van Gijs: "Ik ga morgen 2 en 3 maaien". Dus heb ik gisteravond de vlaggen uit perceel 2 en 3 gehaald. De vlaggen hadden hun werk gedaan: nergens meer alarmerende vogels. Gelukkig, dat was de bedoeling. Vanuit perceel 4 kwamen nog zwak alarmerende Grutto's, die van perceel 3 dus. De Scholeksters en de Kieviten zaten elders. Ben  nieuwsgierig of er ondanks onze maatregelen toch nog jonge vogels zijn aangetroffen. Dat hoor ik nog wel.
Ik zag een Distelvlinder, zoals ook dinsdag twee in het Galgenland aan de Gagelweg. Alle drie zagen ze er erg afgevlogen uit. Geen wonder, het is een trekvlinder en ze komen helemaal uit Zuid-Europa en Noord-Afrika. Komt er een nieuwe influx ( masale intocht) ? Op de archieffoto van een afgevlogen Distelvinder op een Vlinderstruik. Verse Distelvlinders hebben een veel roodbruinere kleur.


Goed weekeinde.



donderdag 20 juni 2019

Heen en weer


Nogmaals het Galgenland, het nieuwe natuurontwikkelingsgebied langs de Bijleveld. Het Galgenland ( vroeger stond hier een afgestorven boom met slechts één tak) loopt van de Gagelweg tot aan de Veldwetering richting de Geerkade. Gister en eergister schreef ik over de vogels en over het toedek, vandaag wil ik wijzen op het pontje, dat als een geweldige verrassing aan het eind van het Galgenland ligt in de Veldwetering om naar de overkant te varen, teneinde daar de wandeling voort te zetten door het boerenland. Je komt uit bij de Dooijersluis aan de Geerkade en aan het begin van de
Veenkade, waar Joost Samsom en zijn vrouw de Grote Sniep ( een horeca-gelegenheid) exploiteren.
Zeer aan te bevelen.
Ik kreeg van Coby Visser, oud-secretaris van de vroegere Agrarische Natuur Vereniging "De Utrechtse Venen" enkele mailtjes met aanvullende informatie over de vele wandelroutes in de provincie Utrecht ( zie https://recreatiemiddennederland.nl/galerij-wandelroutes/ ) . Echter de wandelroute die ik hierboven beschrijf staat er nog niet bij. Misschien na de officiele opening op 5 juli.

woensdag 19 juni 2019

Nest Kleine Plevier.



Gister noemde ik al een broedgeval van de Kleine Plevier, vandaag het nestje op de foto. Ik was van plan vanochtend te proberen het pleviertje op het nest te fotograferen, vanonder een camouflagenet , helaas gooit het weer weer eens roet in het eten.
In de literatuur worden zand- en grindvlakten en schelpenbanken aangegeven als nestgebieden. Hier lijkt het op een schelpenbank, maar worden de schelpen vervangen door puin uit de toedek waar ik  het gister ook over had. Het puin is een paar eeuwen oud. Regelmatig broeden er ook Kleine Plevieren in het reservaat langs de Ter Aase Zuwe. Daar liggen de nesten gewoon op het pad, ook kleine steentjes.
Een Kleine Plevier heeft meestal een legsel van vier. De peervormige eitjes, zo groot als een groot merelei, worden door beide ouders bebroed gedurende 26 dagen. Als ze zijn uitgekomen gedragen de jongen zich als echte plevieren: bij onraad drukken ze zich onder een plant waar je ze nooit terugvindt.

dinsdag 18 juni 2019

Nieuw natuurontwikkelingsgebied langs de Bijleveld.


Op 11 maart 2019 liet ik dit bord ook al zien, vandaag ben ik eens het gebied in geweest. Het was eergister 15 juni en dan mag het. Het broedseizoen is dan voorbij, volgens de deskundigen. Wel, ik heb nog drie nesten gevonden, twee Scholeksters en het nest van de Kleine Plevier. (Gele oogring , zie foto beneden). Van het lange perceel, evenwijdig lopend aan de Bijleveld is het midden afgegraven zodat een permanent plasdras is ontstaan. Honderden Grauwe Ganzen gingen omhoog, door het lange gras in het eerste stuk had ik die niet gezien. Verder drie alarmerende paren Scholeksters, twee daarvan ivm hun nest. Ook de Kleine Plevieren alarmeerden en eindelijk vond ik het nestje: drie prachtige kleine eitjes.
Verder een paar Tureluren, een stel Kieviten, waarvan enkele alarmeerden, foeragerende Zwarte  Sterns, zingende Rietgorzen Houtduiven en Holenduiven en wat poetsende Grutto's. Naar het midden toe werd het plasdras dieper, hier had men de bovenlaag afgeschraapt. Hier zijn de zijkanten van het perceel mee verhoogd. maar wat opviel in de enigszins schuine laag was de ontstellende hoevelheid puin. Ik vermoed dat dit ook toedek is geweest: de scheepjes met turf voor Amsterdam kwamen gevuld met afval terug. Dit vuil werd op de weilanen gegooid om de verzakkingen te compenseren. Toedek noemde men dit. Allemaal oude kapotte ouderwetse baksteentjes, stukken van kruiken en kannen, oude pijpekoppen, enz. Wat een rotzooi. Overal kwamen gelukkig de pioniersplantjes al omhoog, zodat over enkele seizoen de rommel niet meer is te zien.
Op Internet is nog steeds niks te vinden over dit project bij Kockengen. Wel over projecten elders, maar wij wonen hier.







                                                     

maandag 17 juni 2019

Vlaggen en jongen.

Gijs is gaan maaien en heeft het gras om in te kuilen vandaag plat gekregen. Voor mij was perceel 1 van belang: hierop zaten geen jongen meer en kan, als het gras weg gehaald is, dienen om de jongen van perceel 2 op te vangen.
De laatste dagen waren steeds een Scholeksterpaar, een Kievit en een Grutto-paar op 2 en 3 aan het alarmeren. Deze percelen moeten ook gemaaid worden, maar daar wordt hooi van gemaakt en daartoe moet het gras 5 dagen droogte hebben. A.s. woensdag regent het waarschijnlijk zodat de maaidatum is verzet. Toch heb ik vlaggen (vuilniszakken) gezet, zie foto van het vroegere plasdras ( perceel 2), door het geritsel van de vlaggen nemen de oudervogels de jongen mee naar naastliggende percelen waar geen geritsel is en niet gemaaid wordt. De jongen kunnen goed zwemmen en gaan zonder moeite naar de overkant. Ik hoop dat de jongen van perceel 2 naar 1 gaan en die van perceel 3 naar 4. We hebben deze vlaggenparade  wel vaker moeten gebruiken om jongen te redden van de maaibalk. Zie o.a. logje 4 juni 2015.

 
                                          Polder Demmerik met een Hollandse lucht.

vrijdag 14 juni 2019

Phymatocera arterrima


Onze Salomonszegel is weer in het stadium van aftakeling gekomen. Bloeiend een prachtplant met de witte bloemetjes aan de onderkant van de bladeren en de stengel, maar zodra de eitjes van de Phymatocera arterrima uitkomen en veranderen in rupsjes ( eigenlijk schijnrupsjes) is het gedaan met de fraaie verschijning. In een mum van tijd worden de bladeren opgevreten tot op de nerf door de lichtblauwe rupsen met vooraan drie paar zwarte poten en de rest schijnvoetjes. Van de serie ei, rups, pop en imago is deze rups het bekendst en het meest zichtbaar.
Zodra de rupsen volgevreten zijn, laten ze zich vallen en verpoppen zich in de grond. Tot volgend jaar. Pas dan komen de poppen uit en geven de inhoud,  een in dit geval klein zwart  wespje , terug aan de planten. Dan begint de cyclus van de Salomonszegelbladwesp opnieuw.


Goed weekeinde.

donderdag 13 juni 2019

De crèche op stap.


Enkele vogelsoorten kennen het verschijnsel crèche: meerdere jongen worden in een groep verzameld en staan onder "toezicht" van één of een paar volwassen vogels. Zodoende hebben de andere oudervogels bijvoorbeeld meer tijd "voor zichzelf" ( het zijn net mensen) en kunnen ongestoord voedselzoeken. Bergeenden met crèche (regelmatig te zien in de Waverhoek), Eidereenden wat verder weg en Pinguïns een heel eind weg, zijn voorbeelden van vogels met kinderdagverblijven.
Op de foto van vanochtend , genomen op de Botsholse Dijk, loopt èèn volwassen Grauwe Gans toezicht te houden op wel 24 jongen, niet allemaal zichtbaar. De oudervogel deed geen enkele poging ook te foerageren, misschien vertrouwde hij/zij die vreemde man daar achter het hek niet.De jongen werden in ieder geval niet gestoord en graasden rustig verder.
Verderop een andere crèche maar die jonkies mochten uitrusten.

woensdag 12 juni 2019

Opnieuw: Gierzwaluwen.

Dit plaatje drukte ik vorig jaar af op 9 juli. Ik dacht dat het de aankondiging van een nieuwe nestelplaats was. Dolblij was ik, een ingang bij de buren zichtbaar vanuit onze tuin!
Helaas, al gauw kreeg ik reactie van Ad van Uchelen dat het de traditionele verkenning van  een eventuele nestelplaats was. Driejarige vogels of vogels waarvan het broedsel mislukt was zochten een nieuwe mogelijkheid om volgend jaar ( 2019 dus ) te broeden.
We zijn zo ongeveer een maand weggeweest en hebben niet kunnen meemaken of de verwachting van vorig jaar ook is uitgekomen. Wat me wel opvalt is dat er constant Gierzwaluwen rond vliegen boven de wijk en vaak ook langs de punt van het dak op de foto. Ik heb nog geen zwaluw naar binnen zien vliegen. Of zouden ze ergens anders zitten?
De kolonie in Ad z'n huis doet het weer goed, als vanouds, kijk maar eens op zijn website  .

Hierbij de kopfoto van de afgelopen week:


dinsdag 11 juni 2019

Vogelkersstippelmot.


Mijn poppen zijn uit! ( zie ook logje vorige week donderdag.) Gisterochtend zaten er 12 micro-vlindertjes in de afgesloten bloemvaas, die door het stukje laken waarmee de vaas was afgesloten, het folie veroorzaakte beslagen glas,  moesten blijven zitten, zodat ik ze kon zien en tellen en uiteraard fotograferen. Of ze het zagen weet ik niet, maar toen ik het doek had weggehaald kropen ze naar buiten. Vanaf de rand ( zie foto) vlogen ze, het was meer fladderen,  de wijde wereld in en doken  de eerste struik in die ze tegenkwamen, een Liguster. Via Obsidentify, de determinatie-computer van waarneming.nl, kreeg ik de naam door van de Vogelkersstippelmot. De vorige keer was het de Wilgenstippelmot, maar aangezien dit nest in de Vogelkers, Vuilboom, zat neem ik aan dat het  de Vogelkersstippelmot was. Een micro-vlinder die niet in het Nachtvlinderboek staat, dat zijn de macro's.
Ik herinnerde me uit mijn beginnende loopbaan het project  "Koolwitjes in de klas"  van de Vlinderstichting, is nu nog te bestellen, waarbij je poppen van Koolwitjes kreeg  en die dan na verloop van tijd uitkwamen. Was voor veel leerlingen een openbaring.

vrijdag 7 juni 2019

Eindelijk in bloei, onze Verbascum

Als je het logje van 3 oktober 2918 opzoekt dan zie je een schamele toorts. Al jaren doet deze plant op deze plek, tussen tegel en muur, een poging om voor nageslacht te zorgen, maar tot nu toe is dat niet gelukt. Tekort aan voedingsstoffen misschien? Ik denk dat dit het 5e groei-jaar wordt, normaal is het een tweejarige winterharde plant. Ik ben blij voor de Verbascum dat het gaat lukken , de bloei. En hopelijk zaadvorming.
Hij kan tot twee meter hoog worden, de ene tuindeur is dit jaar zeker geblokkeerd. De Latijnse wetenschappelijke naam Verbascum is een verbastering van "barbascum", een barba is een baard in het Latijn, dit wijst op de dichte wollige, harige bladeren.
Op naar de bloei!




Goed weekeinde.




donderdag 6 juni 2019

Wilgenspinselmot


Onze Vuilboom is elk jaar zeer in trek bij Bladluizen, hij zit dan vol met de zuigende beestjes. Dat is  te zien: verlepte bladeren. Dit jaar valt het aantal erg mee, wat er aan de hand is met de luizen weet ik niet, maar onder een enkel blad zitten wat lijkjes. Ook de Jasmijn heeft geen luis, hij bloeit zowaar. Gebeurt eigenlijk nooit. De enige struik die aangetast is, is de kultivar Kamperfoelie. Dit is nog nooit gebeurd.  Alle bloemen aangetast, bladeren hebben moeite om te groeien. Ik heb 'm dan ook rigoreus gesnoeid, want de planten eronder hadden last van de honingdauw.
Wat wel in de Vuilboom was te zien, zij het gelukkig in beperkte mate, waren de nesten van een spinselmot. De boom zal het wel overleven, je ziet soms bomen die helemaal zijn ingekapseld met de nestspinsels.
Ik heb enkele bladeren rond zo'n nest opengeklapt ( zie foto) en we zien een spinsel met daarin de witte poppen van de mot. Er hangt ook nog een dode rups bij die geen geluk heeft gehad. De zwarte korreltjes zijn de poepjes van de rupsen. Ik heb de tak afgebroken en in een afgesloten vaas in een bekertje water gezet.( zie foto onderaan) Ik probeer de vlinders eruit te krijgen. De determinatiecomputer van waarneming.nl geeft , niet geheel zeker, aan dat het om de Wilgenspinselmot gaat. Ik ben benieuwd.


woensdag 5 juni 2019

Koekoeksspog


Koekoeksspog, schuim, spuug,  namen die we wel kennen van de verse klodders spuug op meerdere plantensoorten. Hier, in polder Demmerik, op Brandnetels. Het wordt gemaakt door de larve van de Schuimcicade. Larve zie foto beneden. Dit beestje maakt een schuimnest van vocht dat via de anus wordt uitgescheiden , vocht dat de larve uit een waardplant gezogen heeft, en, na de voedingsstoffen eruit gehaald te hebben, wordt er een schuimnest van gemaakt door ook lucht via de anus uit te blazen. ( Insecten hebben geen longen als ademhalingsorgaan maar een buisvormig stelsel - tracheeën genoemd- met lucht).
Dit schuimnest dient als bescherming tegen predatoren, straling en uitdroging. Als het schuim wegspoelt door een regenbui maakt de larve een nieuwe klodder schuim.
De larven verblijven 1 tot 3 maanden in het schuimnest en verpoppen zich dan tot het imago. Een volwassen schuimcicade heeft niks met schuim, het is een bruin klein insect dat enorm kan springen.


dinsdag 4 juni 2019

Laatste Scholekster en laatste Kievit gevonden.


Gelukt!
Een paar ochtenden ben ik bezig geweest met de Scholekster en de Kievit, die alarmerend rondvlogen op perceel 2, het drooggevallen plasdras. In het midden is de plantengroei behalve de Zuringen, nog niet zo hoog en vormt een prachtig foerageergebied voor juveniele vogels.
Zaterdagochtend het hele gebied afgezocht, alleen maar alarmerende vogels. Geen jongen en /of geen nesten. Ik moest het weten i.v.m. het komende maaien.
Vanochtend nieuwe poging. Rustig het weiland in gelopen. Geen geluiden maken, geconcentreerd kijken waar eventueel een vogel omhoog komt. Geen Scholeksters!? Hoe kan dat? Plotseling, vlak voor me, een Kievit omhoog. Van het nest. Verborgen tussen de Zuringen, van een meter hoog, een broed eieren. Mijn veronderstelling van broeden klopte, voor jongen te weinig alarm.
Plotseling ook de Scholeksters, die kwamen uit de oever, van waaruit ze mij nu pas in de gaten hadden. Veel misbaar, allebei. Toch jongen? Ik ging door. Ik heb vaker een Scholeksternest meegemaakt dat verborgen tussen de hoge planten zat. Even verder, een lege dop! Van een Scholekster. Bloedvaten op de binnenkant, dat betekent dat er een jong is uitgekomen. Een poepje onderin. Een paar meter verder weer een dop, dan moet het nest toch hier in de buurt liggen en zitten er twee jongen verborgen tussen de planten. Ook een poepje, bij Grutto's nooit gezien, ik zal er eens op letten. Vaak loopt er een paadje naar het nest door de planten. Ik zocht er naar en vond het. Het ging een groot bos Zuringen in en daar lag een ei in een verfomfaaid, uitgewoond nest. Ei was nog warm en er zet een gaatje in de zijkant. Het derde jong was op komst. Toch nog een Scholeksternest. (zie foto). We hebben een goed jaar gedraaid. 15 nesten, die bijna allemaal in de buurt van het plasdras lagen!13 broedsels uitgekomen. 2 Tureluurnesten onbekend, maar gezien het alarmeren zeker één nest uit.


Veel vogels brengen de doppen, nadat er een jong is uitgekomen, uit de buurt van het nest. Ze pakken de doppen  met de snavel.
Gijs past de planning van het maaien aan.


maandag 3 juni 2019

Gehalsringde Canadezen.


Hoewel bij Sneuper niet gebruikelijk omstreeks deze tijd, toch nog even een logje over ganzen.
Ik zat dus verscholen op een dam, aan het zicht onttrokken door grote  Waterzuringen. Ik was bezig met de rondvliegende Scholeksters, met dit gedrag kan er niet gemaaid worden. Of ze zijn nog aan het broeden of ze hebben jongen. Morgen nieuwe poging.
Maar plotseling kreeg ik ganzen op m'n "radar", die staat altijd aan. Volgens mijn vrouw hoor ik alleen maar vogels. Ik beschouw het als een compliment. Afgaande op het geluid moesten het Grote Canadezen zijn. En jawel, daar kwamen ze aan. Roepend met het kenmerkende geluid. Zes vogels, strak in formatie. Uit de losse hand met de telelens erop, vandaar de onscherpte, twee foto's. Thuis bleken de laatste twee vogels halsringen te dragen. Ik denk dat de ringen een donkerblauwe kleur hadden, de codes erop waren niet te lezen. Op CR-birding opgezocht waar ze ooit geringd zijn: United Kingdom.

zondag 2 juni 2019

Indringer


Je moet toch wat als je jouw jongen in de gaten wil houden en op je normale uitkijkplaats een vreemd wezen zit tussen de Waterzuringen. Dat vreemde wezen was ik dus. Ik zat op de grond met de rug tegen een hek tussen de hoge Waterzuringen. Ik hield de Scholekster(s) in de gaten die maar om me heen vlogen, soms stil, soms luid roepend. Hebben ze een nest of hebben ze jongen? Ik weet het nog steeds niet. In ieder geval zitten ze daar in de buurt. Er kwam een Tureluur luid roepend in mijn richting en streek neer op een dampaal, een paar meter bij me vandaan. Je zag 'm verbaasd kijken, wat zit daar nou? Een indringer in zijn territorium? Heel voorzichtig probeerde ik de camera in stelling te brengen, maar elke beweging was er één teveel. Weg Tureluur. Een paar minuten later zag ik 'm op een oude boomstobbe in het water landen ( zie foto). De weilanden hier staan vol met planten, een Tureluur heeft daarvoor te korte pootjes. Snel foto's, één onscherp de ander wat beter.